Kees de Jager en Foppe de Haan vanuit praktijk naar de VAKschool

Verbindende doeners koesteren instructeursopleiding

Op de vmbo-VAKschool van het Dockinga College in Dokkum bivakkeren ze op verschillende technische afdelingen. Bij de instructeursopleiding zitten Kees de Jager en Foppe de Haan in dezelfde klas. Het duo gaat wekelijks graag naar de studiedag. ,,Het is een mooie opleiding die écht is toegespitst op mensen uit de praktijk.”

Beide doeners komen uit de praktijk. Tientallen jaren waren ze actief in het bedrijfsleven, voordat ze neerstreken op het Dockinga College. Met zijn elektrotechnische achtergrond is meneer De Jager van waarde op de afdeling PIE (Produceren, Installeren en Energie). Als allrounder in de wereld van de bouw maakt meneer De Haan zich verdienstelijk bij BWI (Bouwen, Wonen en Interieur). En dat gaat allemaal naar volle tevredenheid. ,,We voelen ons als een vis in het water.”

Als deelnemers aan het Programma Meesterschap van Sterk Techniekonderwijs in Noordoost-Friesland (STO-NOF) volgen ze sinds september de instructeursopleiding bij Firda. ,,Het is absoluut waardevol en erg leerzaam”, vinden de zij-instromers. ,,Vanuit school spreekt er ook vertrouwen uit dat we deze opleiding mogen doen. We zijn zeer blij dat we deze kans hebben gekregen.”

Investeren in ontwikkeling van docenten en instructeurs

Sterk Techniekonderwijs investeert – onder meer – in de ontwikkeling van docenten en instructeurs en stimuleert hen zich verder te bekwamen en de juiste papieren te halen. Over ruim een halfjaar – in september – hopen De Jager en De Haan de opleiding succesvol af te ronden. ,,We zijn nu benoemd instructeur en worden bevoegd instructeur”, blikken ze vooruit. Aanvankelijk duurde de opleiding twee jaar. Dat is door Firda teruggebracht naar twaalf maanden. ,,Daarmee is de stap om de opleiding te volgen véél kleiner geworden.”

Het verkorten van de duur is één van de aspecten die het allemaal aantrekkelijk maakt, en de praktische gang van zaken bij de opleiding. ,,Het is overzichtelijk en er worden kleine stappen gezet. Ook krijgen we geen bergen theorie voorgeschoteld, maar wordt er volop met voorbeelden gewerkt”, sommen ze verder een aantal facetten op waar doeners goed mee uit de voeten kunnen.

Bij de opleiding krijgen De Jager en De Haan, naast diverse AVO-vakken (waaronder Engels, rekenen en Nederlands), ook les in didactiek, pedagogiek en psychologie. ,,We leren dus ook hoe jongvolwassenen zich gedragen, waarom ze bepaalde dingen doen en hoe daarmee om te gaan. Dat vind ik heel interessant en was voor mij echt een eye-opener”, geeft De Jager aan. ,,Deze opleiding had ik als conciërge ook wel graag willen volgen.”

Overstap van bedrijfsleven naar onderwijs

De stap vanuit het bedrijfsleven naar het onderwijs maakte Kees de Jager zeventien jaar geleden. Hij ruilde zijn baan als onderhouds- en storingsmonteur/werkvoorbereider bij een ziekenhuis in voor een conciërgebaan op de vmbo-VAKschool van het Dockinga College. Daarmee keerde hij terug op de plek waar hij als tiener op de technische school in Dokkum zat.

Foppe de Haan kwam in 2021 naar het Dockinga College, na 28 jaar lang in diverse functies bij één en hetzelfde bouwbedrijf te hebben gewerkt. ,,Het onderwijs heeft mij altijd getrokken. Ik ben wel op scholen aan het werk geweest – ook hier – en dacht dan ‘dit lijkt mij ook wel wat’. De vacature voor praktijkbegeleider/instructeur was mij op het lijf geschreven.”  

Op het moment dat Foppe de Haan naar de vmbo-VAKschool van het Dockinga College kwam, was Kees de Jager al gedeeltelijk werkzaam op de BWI-afdeling. ,,Ik heb heel veel aan Kees gehad, vooral het eerste halfjaar. Je komt uit het bedrijfsleven en begeeft je op gigantisch glad ijs. Het was een sprong in het diepe, je weet niets van het reilen en zeilen in het onderwijs.”

Praktijk knowhow is leerzaam voor leerlingen

De leerlingen hebben veel baat bij de knowhow van de doeners uit de praktijk, zo ervaren De Jager en De Haan. Regelmatig komt het tweetal in de lessen met voorbeelden uit de praktijk op de proppen. ,,Wanneer ik aangeef dat ik vroeger ook wel een wisselschakelaar heb gemaakt, vragen ze: waar heeft meneer dan gewerkt?”, vertelt De Jager. De Haan herkent die gang van zaken. ,,Deze leerlingen zijn beelddenkers. Het gaat om het praatje-plaatje-daadje. Eerst een praatje, dan het boek er even bij en dan moeten ze het uitvoeren.”

Beiden hechten veel waarde aan het in contact staan met de leerlingen en verbinding met hen zoeken. Dit aspect krijgt ook de nodige aandacht bij de instructeursopleiding. ,,Een groot deel – 75 procent – is verbinding maken en 25 procent is vak-inhoud. Wanneer er sprake is van een goede omgeving, komt het leren vanzelf.”

De verbindingen spelen ook op een ander vlak een belangrijke rol. Door hun achtergrond in het bedrijfsleven hebben De Jager en De Haan er nog vele contacten. Net als bij andere collega’s die uit de praktijk komen, vloeien hier heel waardevolle initiatieven uit voort, waaronder bedrijfsbezoeken. Zo staat er bijvoorbeeld binnenkort een bezoek aan ijsstadion Thialf op het programma, waar onder meer wordt gekeken naar de werking van warmtepompen. ,,Dat is voor een leerlingen een belevenis. Die deuren waren anders niet opengegaan. De olievlek met kruisbestuivingen word steeds groter.”

Blij met de overstap

Kees de Jager en Foppe de Haan zijn blij dat ze de stap vanuit het bedrijfsleven naar het onderwijs hebben gemaakt. ,,We zouden het iedereen willen aanraden. En het is ook nodig; er is dringend behoefte aan handen en kennis.” Daarnaast biedt Sterk Techniekonderwijs volop ontwikkelingsmogelijkheden. Dat De Jager en De Haan samen naar de opleiding kunnen, vinden ze geweldig. Glimlachend: ,,Daar kunnen we elkaar ook weer helpen. We vullen elkaar enorm goed aan.”

Meer weten over STO-NOF? Klik hier!